Forse toename aantal oversluitingen hypotheek


Behoor jij ook tot het grote aantal Nederlanders dat hun hypotheek oversluit, bijvoorbeeld vanwege de historisch lage hypotheekrente? Wie wil nu geen lagere maandlasten? Uit cijfers van De Hypotheker blijkt dat het aantal overgesloten hypotheken in 2018 met 85 procent gestegen is in vergelijking met 2017.

De verwachting van De Hypotheker is dat de stijging dit jaar ook doorzet. In het eerste kwartaal van 2019, vergeleken met dezelfde periode het jaar ervoor, steeg het aantal oversluitingen met 92 procent. 

Diverse redenen

Waarom er steeds meer mensen hun hypotheek oversluiten, kan verschillende redenen hebben. Diverse leeftijdsgroepen sluiten over. Vooral 55-plussers (44,5 procent van het aantal oversluiters) en 45-55-jarigen (29,8 procent). Zo is het tegenwoordig niet alleen voor starters lastig op de woningmarkt vanwege de explosief gestegen huizenprijzen. Ook doorstromers ondervinden moeilijkheden. Om hun woonlasten te verlagen, kiezen steeds meer huizenbezitters voor een oversluiting van hun hypotheek, constateert De Hypotheker. Vooral woningeigenaren, van wie de hypotheek al langer loopt, hebben vaak nog een hogere rente (boven 4 of 5 procent), waardoor oversluiten loont.

Voorkeur voor langer rente vast

Naast het oversluiten, hebben huizenkopers steeds vaker voorkeur voor een langere rentevaste periode. In 2017 koos nog 16,6 procent voor een rentevaste periode van 30 jaar. In 2018 bijna een kwart. In 2018 wordt het meeste gekozen voor de rentevaste periode van 20 jaar (45,7 procent van de huizenkopers) en de 10 jaarsrente daalt in populariteit (met 18 procent gedaald in 2018).

Oversluiten loont

Omdat de hypotheekrente nog zo enorm laag is, levert oversluiten nog steeds geld op. Vooral voor huizenbezitters van wie de rentevaste periode binnen twee jaar afloopt, omdat de boete, die ze aan hun huidige geldverstrekker moeten betalen vanwege voortijdig beëindigen van het contract, niet meer zo hoog is. Daarnaast komen er steeds meer hypotheekaanbieders bij, waardoor de rentepercentages van de rentevaste periodes steeds dichter bij elkaar komen te liggen.