Duurzame energie in Nederland van nu en in de toekomst

Afgelopen vrijdag was de dag van de duurzaamheid! Een mooi moment om eens te kijken hoe duurzaam we nu bezig zijn in Nederland. Welke vorm van duurzame energie levert ons het meeste op? En waar liggen kansen voor de toekomst?

Zonne-energie koploper duurzame stroom

September was een goede maand voor zonne-energie. Zo’n 7,9 procent van de gebruikte stroom in Nederland werd opgewekt door middel van zonnepanelen. Hiermee is de zon opnieuw onze grootste duurzame elektriciteitsbron. Afgelopen voorjaar werd duidelijk dat er dit jaar meer zonne-energie werd opgewekt dan vorig jaar en daar is nog geen verandering in gekomen. Het aantal zonne-uren stond in september op 201, terwijl het gemiddelde voor deze maand 143 uur is. Niet gek dus dat de zon een aandeel van 8 procent leverde in de totale stroomproductie. De verwachting is wel dat dit percentage dit najaar weer zal afnemen, aangezien het aantal zonuren minder wordt.

Opkomst van windenergie

Zonne-energie leverde tot nu toe het grootste aandeel van duurzame stroom, maar het is goed mogelijk dat daar volgend jaar verandering in komt. Dit komt doordat meerdere aangelegde windmolenparken dan in gebruik zijn genomen (Wieringenmeer en twee zeeparken bij de Borssele). De productie van windenergie bereikte in september een nieuwe piek. Wind-op-land was goed voor 5,4 procent van de opgewekte elektriciteit, wind-op-zee leverde 5,7 procent. Omdat er een onderscheid wordt gemaakt tussen windmolens op land en windmolens op zee, staat de categorie zonne-energie nog altijd bovenaan.

De toekomst van waterstof

Naast de meer bekende duurzame energiebronnen, is er ook aandacht voor waterstof. Waterstof is een onzichtbaar, reukloos en niet-giftig gas dat lichter is dan lucht. Van nature komt waterstof niet voor als dat pure gas, wat betekent dat het gewonnen moet worden. Hiervoor zijn meerdere manieren, maar de bekendste in Europa is elektrolyse. Dit betekent dat elektriciteit door water wordt gevoerd, waardoor (groene) waterstof als gas vrijkomt.

Deze techniek bestaat al zo’n honderd jaar en is dus niet echt nieuw te noemen. Toch wordt er nog steeds mee geëxperimenteerd om het proces te optimaliseren en de capaciteit van de elektrolysecellen te vergroten. Het rendement van waterstof ligt een stuk hoger dan andere duurzame energiebronnen, maar de techniek heeft zich tot nu toe weinig bewezen. Hoewel de techniek klaar is om opgeschaald te worden, blijft het dus afwachten hoe groot de vraag naar waterstof is.

Tenslotte is de productie van onderdelen voor waterstoftechniek erg duur. Dit heeft te maken met het feit dat het in kleine, specifieke onderdelen en aantallen wordt geproduceerd. Mocht er in de toekomst geïnvesteerd worden in de techniek, dan worden deze processen geautomatiseerd. Dit betekent dat de prijzen in de toekomst mogelijk zullen dalen.